
Philips CPWBS154
ADSL draadloos basisstation
Voordat u begint
U kunt een MAC-adres aan de tabel toevoegen door naar beneden te scrollen en daarna in het over-
zicht onder DHCP Client List (2) de computer te selecteren die u aan de tabel wilt toevoegen.
Selecteer in de tabel de plaats waar u de computer wilt invoegen (3) en klik op “copy to” (4). Als u
het MAC-adres kent, kunt u dit adres ook direct in de tabel intypen.
Na het invoegen van de MAC-adressen klikt u op de knop ‘Save settings’ (5).
Na het opslaan van de instellingen hebben alleen de MAC-adressen uit de lijst toegang tot het wireless
netwerk. Alle andere adressen worden geweigerd.
Als uw ADSL draadloos basisstation geen Internet-verbinding kan maken, dan kan een of meer van de
volgende meldingen verschijnen:
DSL connection is down (Geen DSL-verbinding). Controleer het volgende:
• Is het ADSL draadloos basisstation correct op de telefoonlijn aangesloten
• Het DSL Sync-lampje op de voorzijde van het ADSL draadloos basisstation moet groen oplichten en
mag niet knipperen
• Zijn er filters aangebracht op alle telefoonconnectors waarop telefoonapparatuur is aangesloten.
Probeer opnieuw verbinding te maken.
Blijft het probleem optreden, neem dan contact op met de helpdesk (via het nummer dat u van uw
Internet Service Provider hebt gekregen).
Hereby, Philips Consumer Electronics, BLC P&ACC, declares that this CPWBS154 is in compliance with
the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/EC.
Date of issue: October 2004
Specifications are subject to change without notice
Trademarks owned by Royal Philips Electronics
2004 © Royal Philips Electronics - All rights reserved
www.philips.com
Appendix: Problemen oplossen
Stel de wireless-beveiliging in (aanbevolen).
1. Schakel WEP-codering in (aanbevolen)
WEP is een beveiliging voor wireless systemen. WEP codeert de data die u draadloos verstuurt. WEP
heeft 2 opties, met 64-bits of 128-bits codering (afhankelijk van de mogelijkheden van de wireless-
kaart in uw client-PC).We adviseren u dringend de WEP-beveiliging te activeren.
U activeert de WEP-beveiliging door in het URL-adreskader van uw Internet-browser
http://192.168.1.1 op te geven en op de Enter-toets te drukken. Log in en klik in het linkermenu op
“Advanced Settings”. Selecteer dan Wireless > Security. Dan volgt een menu. Daarin selecteert u
“WEP Only” en klikt dan op “Save Settings”.
Daarna verschijnt de pagina voor WEP-configuratie.
Wijzig niets aan de standaardinstellingen bij “WEP Mode”, “Entry Method”, “Key Provisioning” en
“Default Key ID”. Klik op het vakje achter “Passphrase” en geef een wachtwoord op. Daarna klikt u
onderaan op “Save Settings” om de instellingen op te slaan. Dan wordt automatisch een reeks van 4
codeersleutels gemaakt.
De andere apparaten in uw netwerk moeten dezelfde WEP-instellingen gebruiken. Zorg dat al die
apparaten de WEP-instellingen hebben die bij 'Key 1' zijn opgegeven.
Kijk in de handleiding op de CD voor meer informatie en uitleg over beveiliging.
2. Schakel MAC Filtering in (aanbevolen)
Met MAC Filtering kunt u bepalen welke computers op basis van hun unieke hardwareadres (MAC)
deel van het wireless netwerk mogen zijn. U activeert deze functie als volgt: klik op Advanced Settings
> Firewall > MAC Filtering. Activeer MAC Filtering (MAC-adresbesturing) door ‘Yes’ te selecteren (1).
Na activering van MAC Filtering accepteert het wireless netwerk alleen MAC-adressen die in de MAC
Filering Table zijn opgegeven. Alle andere adressen worden geweigerd.
5
Stap 5
1
2
34
5
Comentarios a estos manuales